Wie deze foto met enige lichtzinnigheid bekijkt zou kunnen menen dat ik de aardappelschillen in een vuil glas heb gegooid om het geheel straks in de groene bak te tiefen.

FOUT.

Dit is verse gemberthee. Geen grap. Gemberthee. Hier betaal je voor.

U raadt het al. Ik ben weer eens op pad in de binnenstad. Per ongeluk ben ik beland in EMMA, de meest flexitarische hipstertent ter wereld. Maak hier een foto en Wikipedia accepteert hem gegarandeerd als representatief voor de huidige subcultuur.

‘Wat leuk dat je er bent!’ luizenmoedert de lunchkaart. ‘Verwonder je over wat er om je heen gebeurt, terwijl onweerstaanbare gerechten van hartige heerlijkheden de revue passeren.’ Dit klinkt als een typisch Ossiaanse overdrijving, maar het staat er écht.

Mijn koffie arriveert zonder suiker, en als ik erom vraag gapen ze me aan alsof ze nog nooit van het woord gehoord hebben. De lunch bestaat uitsluitend uit toast met onherleidbaar exotisch beleg: rendang, burrata, papardelle. Ik zeg niet dat het allemaal boterhammen met kaas moet zijn, maar hier doen ze het erom: de gerechten zijn niet gesorteerd op smaak, maar op hun onuitsprekelijkheid. Want wat van ver komt is politiek correct.

Hipsteren is hier meer dan ooit een vorm van terreur geworden. Elk woord, elke handeling, is een verkapt verwijt. Suiker bij de koffie? Imperialisme! Peper en zout? We zullen het even aan de kok vragen maar hij zal er niet blij mee zijn.

Nu moet u hipsters niet gelijkschakelen met álle jongeren. De meeste zijn volkomen normaal. Ik sterf van de nichtjes, maar er zit niet één hipster tussen. Nee, hipsters zijn een afdeling apart.

Wat verbaast is niet dat ze bestaan, maar dat ze zoveel macht bezitten. Het doet me denken aan Invasion of the Body Snatchers, waarin de wereldbevolking stilletjes vervangen wordt door welwillende, maar emotieloze buitenaardse klonen.

Wie om zich heen kijkt ontkomt niet aan het griezelige vermoeden dat hipsterklonen overal zijn. Ze beheersen de horeca, de mediaredacties, de literatuur en de politiek. Met andere woorden: ze nemen met geruisloze strategie alle sleutelposities in. Zelfs een verstandige vent zoals ik zou er paranoïde van worden.

De ober (flanellen ruitjeshemd, ironisch sjaaltje, ouderwetse bril) komt bij mijn tafel staan en vraagt op passief-agressieve toon of alles naar wens is.
Ik vertel hem dat mijn ei niet hardgekookt is, zoals beloofd. ‘Ik breng je een ander,’ zegt hij.

Even later komt hij terug met een nieuw ei.
Het is nog zachter dan het vorige.

De boodschap is duidelijk: de invasie van zachtgekookte eitjes is ophanden. Mijn advies: sla grote hoeveelheden suiker, zout en tabak in en verhuis naar een ondergrondse bunker.

Ik dank u voor uw tijd.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *